Beste collega’s,
Vaak is de gedachte om spelers vanaf de eerste les volledige zwaaibewegingen te leren, dat spelers het dan meteen goed aanleren (en dus later niets hoeven af te leren).
Op zich een plausibele intentie, alleen in de praktijk werkt het in mijn ogen niet zo.
Als we technieken aanleren buiten iemands skilllevel creëren we juist technische problemen.
Als spelers bijvoorbeeld de coördinatie nog niet hebben om te serveren vanuit een tussengrip of als spelers nog onvoldoende receiving skills ontwikkeld hebben om een volledige zwaai in de rally te timen. De kans is dan reëel dat de spelers allerlei onnatuurlijke acties/correctie maken die je er later moeilijk uit krijgt.
Mijn advies is zodoende zuivere functionele techniek aan te leren, waarbij je aansluit bij het skilllevel en de intentie van de speler.
Via deze methodiek bouw je technieken geleidelijk op vanuit het raakpunt, om van daar de beweging grotere en verfijnder te maken > tikken – sturen – zwaaien – zwiepen.
In onderstaande twee links legt Tom Allsopp het belang van deze insteek nader toe m.b.t. de basisslagen (link 1) en de service (link 2: zelfs voor Federer😉):
link1:https://youtu.be/mF-ZP7j-7A8
link 2:https://youtu.be/yKXAQkwxyyA
Sportieve groet en tot volgende week,
Paul