Experiment: Zet je leerlingen eens in de tennis-uitgangshouding met twee voeten op de baseline en laat ze op jouw commando zo snel mogelijk naar de servicelijn sprinten. Gaat hun eerst stap dan richting servicelijn of in tegenovergestelde richting? Probeer dat eens uit in je eerstvolgende lessen.
Blijkbaar is in dit voorbeeld het verplaatsen van het lichaamszwaartepunt in voorwaartse richting buiten het steunvlak belangrijker dan de eerste stap in de goede richting. Je zou anders onder je lichaamszwaartepunt doorlopen en niet goed je afzet achter je lichaamszwaartepunt kunnen krijgen. Geen van je leerlingen heeft dat geleerd, niemand heeft ze dat verteld, en dat maakt dit een goed voorbeeld van impliciet leren.
Die zelfde dropstep komt bijvoorbeeld ook voor bij het snel naar links of rechts lopen vanuit die splitstep:
Een derde manier waarin de dropstep voorkomt is bij het snel herstellen na het halen van een verre bal in de hoek.
Moet je dit expliciet uitleggen aan je leerlingen of volg je liever het Handboek Prestatief Tennis stelling 19: ”Door voetenwerk te oefenen in de situaties waarin het voorkomt, wordt het sneller en motiverender ontwikkeld. Tijdnoodsituaties (in de breedte en in de lengte van de baan) en op tempo spelen, dwingen spelers tot beter voetenwerk”?